Waarden interpreteren en regulatie verbeteren

Meer dan alleen uw glucosewaarde controleren

Het grote voordeel van een glucosesensor is dat u het verloop van uw glucosewaarden ziet, 24 uur per dag. Bovendien geeft de sensor aan of uw glucosewaarde op dat moment stijgt, daalt of stabiel is. Met deze informatie kunt u veel meer dan met een incidentele vingerprik van uw glucosemeter. In plaats van uw diabetes ad hoc bij te sturen aan de hand van een vingerprik, kunnen de grafieken uit uw glucosesensor u helpen uw diabetesregulatie op de lange termijn te verbeteren.

Patronen ontdekken in uw glucosewaarden, hoe doet u dat?

Uw glucosesensor houdt uw bloedsuikers continu bij. Hierdoor kunt u kijken of er bepaalde patronen zijn in uw glucosewaarden. Een voorbeeld: in het uitleesprogramma vergelijkt u de glucosecurves van alle doordeweekse dagen met elkaar. U kijkt dan niet naar een enkele glucosestijging of daling, maar u kijkt of er overeenkomsten zijn tussen de verschillende dagen. Enkele voorbeelden van glucosepatronen:
  • U ziet dat uw glucosewaarde ’s nachts vaak te laag is
  • U wordt meestal wakker met een te hoge glucosewaarde
  • U ziet dagelijks een glucosepiek na het tussendoortje van 11.00 uur
  • U ziet dat uw glucosewaarde voor het avondeten vaak te hoog is
  • U ziet dat uw waarde flink stijgt op de avonden dat u sport en daarna een snack neemt
Ziet u dergelijke patronen in het uitleesprogramma van uw glucosesensor, dan kunt u deze stapsgewijs proberen te verbeteren. Dit kan onder meer door de insulinetoediening, de pompinstellingen of wellicht uw voeding aan te passen. Het is zinvol om deze patronen te bespreken met uw diabetesverpleegkundige. Zij of hij kan samen met u kijken welke aanpassingen mogelijk zijn.

Stappenplan om uw glucoseregulatie stap voor stap te verbeteren

Met de glucosesensor heeft u de mogelijkheid om uw bloedsuikerwaarden nauwkeurig bij te houden en te reguleren. Onderstaand stappenplan kan u helpen dit op een gestructureerde manier aan te pakken. Ga stapsgewijs te werk en probeer niet alles in een keer goed te regelen. Dat werkt vaak beter.
  • Stap 1: Zoek de knelpunten
    U was gewend naar uw bloedsuikerwaarden te kijken op de momenten dat u een vingerprik deed. Met de glucosesensor ziet u het verloop van uw suikerwaarden over de hele dag. U kunt dan kijken naar patronen over de dag. Wat zijn uw trends? Waar bent u al tevreden mee? En waar zitten nog leerpunten? Het uitleesprogramma helpt u om inzicht te krijgen over een langere termijn.
  • Stap 2: Bepaal je doelen
    Kijk naar de punten die u wilt verbeteren, bijvoorbeeld de avondwaarden of de nuchtere waarden. Doe dit stap voor stap. Stel het doel dat u wilt bereiken. Wanneer bent u tevreden? En wees niet te streng voor uzelf.
  • Stap 3: Benodigde gegevens verzamelen
    Nu u weet aan welk doel u wilt werken, kunt u gegevens toevoegen in de app over bijvoorbeeld hoeveel insuline u heeft toegediend, hoeveel koolhydraten u heeft gegeten en hoeveel en intensief u bewogen heeft. U kunt ook andere factoren toevoegen zoals stress, temperatuur, nachtrust of menstruatie. U hoeft dit niet altijd te doen, maar als u dit een bepaalde periode consequent doet, geeft dit u veel informatie over schommelingen in uw glucosewaarden.
  • Stap 4: Patronen herkennen
    Bekijk nu in het uitleesprogramma van uw glucosesensor of u bepaalde patronen ziet? Probeer erachter te komen welke factoren invloed hebben op de resultaten. Bijvoorbeeld bepaalde voeding, meer of minder insuline, meer of minder beweging, stress, een slechte nachtrust. Vindt u dit lastig? Aarzel niet om uw behandelaar om hulp te vragen.
  • Stap 5: Aanpassingen maken
    Indien u bepaalde patronen ziet, kunt u aanpassingen maken. U kunt dit ook met uw diabetesbehandelaar bespreken. Bij het doen van aanpassingen geldt: ga stap voor stap te werk en focus op één of maximaal twee punten. Wanneer u te veel tegelijk aanpast, weet u niet wat werkt en wat niet werkt.
  • Stap 6: Evalueren
    Bekijk of de aanpassingen het gewenste effect hebben. Heeft u uw doel behaald en bent u tevreden met het resultaat? Heel fijn! U kunt dan doorgaan naar het volgende punt dat u wilt verbeteren. Is het nog niet gelukt? Stel het doel dan bij. Vraag zondig uw behandelaar om hulp.
Bekijk ook de animatievideo van Jaap. Hij laat zien hoe hij omgaat met het beheersen van zijn glucosewaarden in het dagelijks leven.
Man controleert zijn glucosewaarde op zijn smartphone

Wanneer moet u uw glucosewaarde corrigeren?

Ook nu u een glucosesensor draagt, zult u nog steeds regelmatig een hoge of lage waarde moeten bijsturen. De kunst is om dit niet bij iedere kleine stijging of daling te doen, maar alleen als het nodig is. Bespreek met uw diabetesverpleegkundige bij welke glucosewaarden en omstandigheden u uw glucosewaarden direct moet corrigeren. Bij sterk afwijkende waarden is het advies om altijd een controle te doen met een vingerprik.

Hulp bij vragen

Wij hebben de belangrijkste veelgestelde vragen en antwoorden voor u verzameld op onze veelgestelde vragen pagina.