Inbrengen:

• bereid de stomaplaats voor op inbrenging van de gastrokatheter
• neem de gastrokatheter uit de verpakking en inspecteer hem
• vul de meegeleverde 12ml-spuit met luer-slipkoppeling met water of fysiologisch zout; steek de spuit in de vulopening van de ballon en blaas de balon op met de voorgeschreven hoeveelheid vloeistof (4ml); als de ballon asymmetrisch blijkt te zijn, rol hem dan voorzichtig tussen uw vingers of handen tot hij symmetrisch is
• laat de ballon leeglopen door met behulp van de zelfde 12ml-spuit met luer-slipkoppeling het water of fysiologisch zout via de vulopening van de ballon op te zuigen
• breng een wateroplosbaar glijmiddel op de tip van de ballon van de gastrokatheter aan alsook op en in het stomakanaal van de patiënt
• voer de katheter voorzichtig via de stoma op in de maag tot de uitwendige voetjes een vlak vormen met de huid 
• blaas de ballon via de vulopening op met de voorgeschreven hoeveelheid gedestilleerd water of fysiologisch zout (4ml); de uitwendige flens van de gastrokatheter moet vrij kunnen draaien
• vul de ballon nooit met lucht; lucht zal snel door de ballon diffunderen (zich vermengen) en de gastrokatheter blijft dan niet op de plaats
• til voorzichtig de voetjes op en kijk of er tekenen van lekkage uit de maag zijn
• als u lekkage waarneemt, vergroot het ballonvolume dan met 1-2ml; herhaal dit tot u geen lekkage uit de maag meer waarneemt
• bevestig, terwijl de extension set voor continue of bolustoediening op de gastrokatheter is aangesloten, de 10ml water bevattende spuit met kathetertip aan het toevoerdeel van de extension set; zuig de maaginhoud op; door de aanwezigheid van de maaginhoud in de injectiespuit wordt bevestigd dat de katheter zich op de juiste plaats in de maag bevindt
• als u eraan twijfelt of de katheter correct geplaatst is, controleer de katheterpositie dan via een röntgenfoto
• op de gastrokatheter bevindt zich een radiopake strook; gebruik binnen de ballon geen contrastmiddel
• begin pas met sondevoeding nadat is gecontroleerd of de katheter correct is geplaatst en doorgankelijk is 

Verzorgen:

• controleer de stomaplaats op roodheid, zwelling, ongemak en lekkage van maaginhoud
• draai de gastrokatheter dagelijks en reinig de stomaplaats volgens de aanwijzingen van de arts
• de gastrokatheter moet met 10-20 ml water worden gespoeld vóór en na sondevoeding, decompressie en de toediening van geneesmiddelen
• controleer regelmatig de druk die de gastrokatheter binnen het kanaal uitoefent
• controleer het ballonvolume eenmaal per week; zuig alle vloeistof uit de ballon en vul de ballon weer met de oorspronkelijke voorgeschreven volume (4 ml); zo nodig het volume bijstellen

Verwijderen:

• laat de ballon leeglopen met behulp van de 12ml-spuit met luer-slipkoppeling
• verwijder de katheter voorzichtig uit het stoma
• vervang de gastrokatheter zo nodig volgens de bijbehorende gebruiksaanwijzing
• reeds 24 uur na verwijdering van de cateheter kan spontane sluiting van de stoma optreden; breng een nieuwe katheter in, als het de bedoeling is dat later opnieuw entrale voeding via deze toedieningsweg plaatsvindt