Ervaringsverhaal over diabetes en slaapapneu
‘De nachtelijke hypo’s vond ik beangstigend’
Theo Bierman (72) heeft sinds zijn vijftigste diabetes type 2. In de zomer van 2020 stapte hij op aanraden van zijn diabetesverpleegkundige Chantal van Dijck van het IJsselland Ziekenhuis over op een insulinepomp in combinatie met een glucosesensor. Daarvoor spoot hij vier keer per dag insuline en controleerde hij zijn bloedglucosewaarden met een vingerprik. Theo gebruikt een Medtronic 640-insulinepomp en een FreeStyle Libre (FSL) als glucosesensor. Aanvankelijk gebruikte hij de bij de pomp behorende CGM met automatische hypostop. Omdat hij deze vanwege slechtziendheid niet goed kon hanteren, is hij overgestapt op de FSL.
‘Mijn bloedsuikers schommelden heel erg. Ik neem elke ochtend hetzelfde ontbijt en gaf daarvoor iedere keer dezelfde hoeveelheid insuline toen ik dit nog spoot. Toch had ik de ene dag na het ontbijt een hypo en de andere dag een hyper. Nu ik een insulinepomp heb, kan ik dat beter opvangen. Tegenwoordig zet ik voor het ontbijt de glucosewaarde uit mijn FSL in de insulinepomp. De koolhydraten van het ontbijt zet ik er ook in. De pomp berekent dan hoeveel insuline ik nodig heb. Als mijn bloedsuiker voor het ontbijt 16 mmol/l is, heb ik meer insuline nodig dan wanneer deze 8 mmol/l is. Sinds ik het op deze manier doe, schommelen mijn bloedsuikers veel minder.’
Glucosesensor biedt inzicht
De heer Bierman was slecht ingesteld toen hij viermaal daags insuline spoot, terwijl hij serieus met zijn diabetes bezig was’, zegt diabetesverpleegkundige Chantal van Dijck. ‘Daarom heb ik hem een insulinepomp geadviseerd. Omdat hij vaak wakker werd met hoge glucosewaarden, vermoedde ik dat hij last had van nachtelijke hypo’s. Met de glucosesensor kunnen we zien wat er ’s nachts met zijn glucosewaarden gebeurt. Een paar jaar geleden is mevrouw Bierman overleden. Zij maakte hem wakker als hij een hypo had. Nadat dat wegviel, voelde hij zich onrustiger in de nacht.’
Slaapapneu en diabetes
‘De nachtelijke hypo’s vond ik beangstigend’, zegt Bierman. ‘Naast diabetes heb ik ook last van slaapapneu. Zowel van een hypo als van slaapapneu kun je in coma raken. Chantal heeft mijn pomp anders ingesteld waardoor ik minder last van nachtelijke hypo’s heb. Een ander voordeel van de FSL is dat ik ’s nachts mijn bed niet meer uit hoef om een vingerprik te doen.’
‘Door de sensor zagen we wat er s ’nachts met de bloedglucosewaarden gebeurde’, zegt Van Dijck. ‘Op basis daarvan heb ik de basaalstanden van de pomp aangepast. De basaalstand zorgt ervoor dat iemand 24/7 een klein beetje insuline toegediend krijgt. Als je deze stand ’s nachts wat lager zet, heb je minder kans op hypo’s.’
Oorzaken nachtelijke hypo's
Nachtelijke hypo’s kunnen meerdere oorzaken hebben, legt de diabetesverpleegkundige uit. ‘Ze kunnen bijvoorbeeld ontstaan als je met een te lage bloedsuiker gaat slapen of als je voor de nacht te veel insuline hebt toegediend. Sporten kan ook een oorzaak zijn, omdat je van beweging gevoeliger wordt voor insuline waardoor je waarden dalen. Soms weten we ook niet waardoor ze ontstaan. Zelfs de weersomstandigheden kunnen invloed op de nachtelijke bloedglucosewaarden hebben.’
Een hypo in de nacht wordt vaak gevolgd door een hyper in de morgen. Dit wordt tegenregulatie genoemd. Van Dijck: ‘Tijdens een hypo onttrekt het lichaam suiker aan organen zoals de lever, de hersenen en de spieren. Dit is een soort overlevingsmechanisme waar geen rem op zit en waar de bloedsuiker erg door kan stijgen. Mensen worden dan wakker met hoge glucosewaarden, hoofdpijn of spierpijn. Sommige mensen hebben ook rare dromen.’
Blij met insulinepomp
Theo Bierman is tevreden met zijn insulinepomp en FSL, maar vindt het ook bewerkelijk. ‘Ik moet voor iedere maaltijd mijn bloedsuikerwaarde en de koolhydraten invoeren in de pomp. Om de koolhydraten te tellen, gebruik ik de Eetmeter-app of lees ik de etiketten van producten. Daarnaast moet ik om de paar dagen het slangetje van de pomp vervangen. Omdat ik niet meer zo goed zie, is dat soms lastig. Maar ondanks dat het me moeite kost, wegen de voordelen op tegen de nadelen.’
Tekst Irene Seignette | Foto Ingeborg van Bruggen