Dagelijkse activiteiten met een insulinepomp
Sporten met een insulinepomp
Sporten en bewegen hebben invloed op uw glucosewaarden. Afhankelijk van hoe intensief u gaat bewegen, kunnen uw glucosewaarden dalen of juist stijgen. De meeste mensen met diabetes zijn vooral bang om een hypo (te lage glucosewaarde) te krijgen tijdens het sporten. Een insulinepomp kan u helpen uw glucosewaarden tijdens het sporten te reguleren, zeker als u ook een glucosesensor (FGM of CGM) gebruikt. Wilt u meer weten over glucosesensoren? Lees hieronder meer informatie.
Meer over sporten
-
Basaalstand verlagen voor het sportenBij de insulinepomp kunt u de basaalstand van de pomp lager zetten als u gaat sporten. U weet dan dat u tijdelijk minder insuline krijgt toegediend en daarom minder kans heeft op een hypo.
-
Basaalprofielen aanmakenIn veel insulinepompen kunt u verschillende basaalprofielen aanmaken. Als u vaker soortgelijke trainingen doet, is het zinvol hiervoor een basaalprofiel aan te maken, die u iedere keer weer kunt gebruiken als u gaat trainen.
-
Bescherm de pomp met en sportbandTijdens het sporten kunt u uw insulinepomp beschermen met een sportband of speciaal hiervoor verkrijgbare banden.
-
Pomp afkoppelen bij contactsportDoet u aan contactsporten, zoals judo of boksen? U kunt de insulinepomp dan afkoppelen tijdens het sporten. Het is wel belangrijk om uw glucosewaarden dan goed in de gaten te houden en eventueel wat extra koolhydraten te nemen of uw pomp weer even aan te koppelen, afhankelijk van het verloop van uw bloedsuikers.
-
Insulinepomp met een glucosesensorGebruikt u de insulinepomp in combinatie met een glucosesensor? U kunt uw bloedsuikers dan nog beter in de gaten houden en zo nodig aanpassen tijdens het sporten. Lees hier hoe u stabiele glucosewaarden houdt tijdens en na het sporten.
-
Gevoelig voor insuline na het sportenDoor beweging wordt uw lichaam gevoeliger voor insuline. Dit effect kan na het sporten tot wel meer dan 24 uur aanhouden. U heeft dan tijdelijk minder insuline nodig. Hou uw glucosewaarden daarom ook na het sporten goed in de gaten en pas eventueel de basaalstand van uw pomp aan.
Een insulinepomp en intimiteit
Zoals bijna alles heeft seks ook invloed op uw bloedsuikers. Dit komt door de lichaamsbeweging en de hormonen die vrijkomen tijdens de seks. Hierdoor kunnen uw bloedsuikers dalen of stijgen. Hou uw glucosewaarden daarom in de gaten en check regelmatig uw FGM of CGM, of doe een vingerprik.
Meer over intimiteit
-
De insulinepomp afkoppelenU kunt ervoor kiezen de insulinepomp aangekoppeld te houden tijdens de vrijpartij, maar u kunt deze ook afkoppelen. Hou er bij het afkoppelen wel rekening mee dat u tijdelijk geen insuline krijgt waardoor uw bloedsuikers kunnen stijgen.
-
Scherp randje bij afkoppelenKoppelt u de pomp af? Weet dan dat sommige infusen een scherp randje hebben waar uw partner zich aan kan bezeren. In dat geval biedt een beschermdopje uitkomst.
-
OmniPod is niet af te koppelenDe OmniPod, een insulinepomp zonder slangetje, kan niet worden afgekoppeld. Deze moet u dus aangekoppeld houden.
-
Communiceer met uw partnerVertel uw partner dat de bloedsuikers soms roet in het eten kunnen gooien tijdens de seks. Bespreek samen wat in zo'n situatie de beste oplossing kan zijn. Laat het in ieder geval uw plezier niet verpesten.
Slapen met een insulinepomp
De insulinepomp draagt u 24 uur per dag, dus ook ’s nachts. Vaak is het in het begin zoeken hoe u dit kunt doen. Sommige mensen leggen de pomp naast zich in bed, anderen leggen deze op het nachtkastje en weer anderen maken gebruik van draagbanden en andere hulpmiddelen om ervoor te zorgen dat de pomp niet in de weg ligt ’s nachts. Waar uw voorkeur naar uitgaat is heel persoonlijk en bovendien ook afhankelijk van of u een insulinepomp met of zonder een slangetje gebruikt.
Meer over slapen
- Gebruikt u een pomp met een slangetje? Dan bent u misschien bang dat er een knik in het slangetje komt in de nacht? Gelukkig gebeurt dit niet zo vaak. Bovendien geven de moderne insulinepompen een alarm als insulinetoevoer wordt verlaagd of onderbroken, evenals wanneer het insulinereservoir of de batterijen bijna leeg zijn.
- Veel insulinepompen hebben een functie waarmee u de knoppen kunt vergrendelen, zodat u ’s nachts niet ongewild op een knopje kunt drukken.
Zwemmen en douchen met de insulinepomp
Zwemmen met de insulinepomp kan alleen als uw insulinepomp waterdicht is. Zo niet, dan kunt u de insulinepomp afkoppelen en veilig wegleggen. Controleer wel iets vaker uw bloedglucosewaarde en bolus zo nodig iets bij als u de insulinepomp weer aankoppelt. Op de productpagina leest u meer over de waterdichtheid van de verschillende insulinepompen. Door vocht of transpiratie kan uw pomp of de infuusset sneller loslaten. Lees hier hoe u de pomp goed laat plakken.
Veelgestelde vragen
Naar school gaan met een insulinepomp is heel goed mogelijk. Het is wel belangrijk om ook tijdens schooltijden uw glucosewaarden en eetmomenten in de gaten te houden. Het is een voordeel dat u met de meeste insulinepompen ongemerkt insuline kunt toedienen. Dit maakt het iets makkelijker.
Kinderen met diabetes hebben tot op een bepaalde leeftijd hulp nodig bij het toedienen van insuline. Hierover moeten de ouders of verzorgers van het kind in gesprek met de leerkrachten en begeleiders. Het is belangrijk dat het kind zich geaccepteerd en gesteund voelt op school. Op de website van de stichting ‘Zorgeloos met diabetes naar school’ vinden ouders en verzorgers veel informatie, tips, checklists en voorbeeld-documenten om afspraken met de school te maken over de begeleiding van hun kind met diabetes.
Hoe gaat werken met een insulinepomp?
Insulinepomptherapie en werken zijn goed te combineren. Een voordeel van de insulinepomp is dat u niet hoeft te spuiten op uw werk en vrij onopvallend insuline kunt toedienen. Werkt u onregelmatig of in ploegendiensten, dan kunt u in de meeste insulinepompen basaalprofielen aanmaken die afgestemd zijn op uw werk en werktijden. Als de basaalstanden goed zijn geprogrammeerd, heeft u meer vrijheid om te schuiven met de tijden van maaltijden. Loopt u tegen problemen aan op uw werk, aarzel niet om met uw behandelaar of bedrijfsarts te overleggen.
Een insulinepomp kan meerdere alarmfuncties hebben. Deze zijn vaak hoorbaar, voelbaar (trilalarm) of zichtbaar (op de display). U kunt deze alarmen vaak tijdelijk uitzetten of bijvoorbeeld alleen op trilalarm zetten. Het alarm dat afgaat als de pomp verstopt of defect is, kunt u niet uitzetten omdat u altijd actie moet ondernemen als de insulinetoevoer is gestopt.
Wanneer koppelt u de insulinepomp af?
Het is altijd mogelijk de insulinepomp tijdelijk af te koppelen. Dit kan voor korte tijd, bijvoorbeeld als u gaat zwemmen, douchen of vrijen, maar ook voor langere tijd zoals tijdens een zonvakantie. De tijd dat uw pomp tijdelijk afgekoppeld kan worden, is voor iedereen anders. Gemiddeld kan dit voor ongeveer twee tot drie uur, maar overleg met uw diabetesverpleegkundige of dit voor u ook geldt. Controleer uw bloedglucosewaarde wel iets vaker als u de pomp afkoppelt en bolus zo nodig iets bij als u de deze weer aankoppelt. Wilt u een langere periode geen gebruikmaken van de insulinepomp, dan kunt u tijdelijk weer insulinepennen gebruiken.
Kan ik de insulinepomp dragen tijdens een medisch onderzoek?
- Moet u naar het ziekenhuis voor een medische ingreep zoals een röntgenfoto, MRI of CT-scan? U moet uw insulinepomp dan voor het onderzoek afkoppelen. Neem zo nodig reservematerialen mee om uw pomp na het onderzoek opnieuw aan te koppelen.
- Gebruikt u een patchpomp (insulinepomp zonder slangetje), dan moet u deze verwijderen en een nieuwe plaatsen na het onderzoek.
- Bij sommige onderzoeken moet u nuchter zijn. U mag dan niet eten voor het onderzoek. Overleg zo nodig met uw diabetesverpleegkundige hoe u dit kunt regelen met uw insulinepomp.
