Waarden interpreteren en regulatie verbeteren 

bolus toedienen tijdens maaltijd

Hoe kan ik mijn instelling verbeteren met een insulinepomp? 

Misschien heeft u al ergens gelezen dat een insulinepomp kan helpen bij het verbeteren van de diabetesinstelling. Helaas doet de pomp dit niet automatisch en moet u nog steeds veel dingen zelf instellen en aanpassen. Maar hoe pakt u dat aan?  

Allereerst is het goed om dit stap voor stap te doen. Als u alles in een keer aanpast, bestaat de kans dat uw diabetes ontregelt. Bovendien weet u dan niet welke aanpassingen werken en welke niet. Daarnaast geniet het de voorkeur om de pomp in te stellen in een periode dat u een zo’n regelmatig mogelijk leven leidt.  

Onderstaand stappenplan kan u helpen uw instelling te verbeteren. Weet u niet hoe u dit kunt doen of heeft u twijfels? Overleg dan altijd met uw diabetesbehandelaar. 

Stappenplan instellingen verbeteren

  • Stap 1 Zorg dat de basaalinstellingen van de pomp goed zijn
    De pomp geeft 24/7 een klein beetje insuline af om te voorzien in uw basale insulinebehoefte. Deze behoefte verandert gedurende de dag en nacht. Om dit op te vangen kunt u verschillen basaalprofielen in de pomp zetten. Veel mensen doen dit samen het hun diabetesverpleegkundige. Met goede basaalinstellingen kunt u onder meer de nuchtere glucosewaarde verbeteren.  
  • Stap 2 Optimaliseer de maaltijdbolussen 
    Voor een maaltijd berekent u hoeveel koolhydraten u gaat eten. Daarna bepaalt u op basis van de glucosewaarde op dat moment hoeveel insuline u moet bolussen voor de maaltijd. Het geeft veel informatie als u na het eten de glucosewaarde van voor en na de maaltijd met elkaar vergelijkt. Is uw glucose na de maaltijd flink hoger of lager, dan kan dit betekenen dat u niet de juiste bolus heeft gegeven. Houdt u niet van rekenen? Gebruik dan de boluscalculator bij het berekenen van uw bolussen. Kijk ook of de verschillende bolusopties in uw pomp kunnen helpen bij het opvangen van een maaltijd.  

    TIP: probeer niet alle drie maaltijdbolussen tegelijk te optimaliseren. Doe ook dit stap voor stap: eerst het ontbijt, dan het middageten en daarna de avondmaaltijd.  
  • Stap 3 Maak basaalprofielen voor bijzondere omstandigheden 
    In stap 1 is de basaalinstelling van uw insulinepomp geoptimaliseerd. Nu is niet elke dag hetzelfde en dat betekent dat uw basale insulinebehoefte ook per dag kan verschillen. In de insulinepomp kunt u verschillende basaalprofielen aanmaken, bijvoorbeeld voor sporten, een werkdag en een weekenddag. Ook kunt u ervoor kiezen de basaalstand tijdelijk te verlagen, bijvoorbeeld als u een lange wandeling gaat maken. En soms is het nodig de basaalstand tijdelijk te verhogen, bijvoorbeeld als u ziek bent of veel stress heeft. Bij twijfel of vragen, overleg altijd met uw behandelaar. Lees meer over de boluscalculator.  
  • Stap 4 Probeer hypo’s te voorkomen 
    Iedereen die al langer diabetes type 1 heeft, weet dat hypo’s vervelend zijn en dat ze de glucosewaarden flink kunnen verstoren. Goede basaalinstellingen en het gebruiken van de boluscalculator en bolusopties, helpen bij het verlagen van de kans op hypo’s. Ook is het belangrijk hoge glucosewaarden niet te sterk te corrigeren. Geef liever verdeeld wat kleine correcties dan één grote correctie ineens. Mensen die een glucosesensor gebruiken, kunnen een alarm instellen bij (dreigende) lage waarden om hypo’s te voorkomen. Weten hoe u een insulinepomp moet kiezen? Lees meer over het kiezen van een insulinepomp.

Een hybrid closed loop-systeem maakt het makkelijker

Steeds vaker wordt een insulinepomp gekoppeld aan een glucosesensor (CGM). De glucosesensor geeft dan via een algoritme een seintje aan de pomp om minder insuline toe te dienen als de glucosewaarde te veel of snel daalt. Dit kan enorm helpen om een hypo te voorkomen. Daarnaast kan dit gekoppelde systeem ook kleine correctiebolussen geven als de glucosewaarden stijgen. Een insulinepomp en glucosesensor die samenwerken, wordt een hybrid closed loop-systeem genoemd. Op dit moment krijgen nog maar een beperkte groep mensen met diabetes een hybrid closed loop-systeem vergoed.
Dame noteert informatie over beweging, voeding en koolhydraten om inzicht te krijgen voor sensorbehandeling

Wat kan ik nog meer leren over mijn diabetesinstelling? 

Uw insulinepomp en glucosesensor kunnen helpen uw diabetesinstelling te verbeteren. Maar ook al heeft u alles optimaal ingesteld, dan heeft u helaas nog geen garantie op mooie glucosewaarden. Dit komt omdat er veel factoren invloed hebben op uw diabetes. Wilt u meer zicht krijgen op de factoren die uw bloedsuikers beïnvloeden, noteer ze dan in een dagboekje (digitaal of op papier) en bespreek ze eens met uw diabetesbehandelaar.  

Enkele voorbeelden van factoren die van invloed zijn op uw glucosewaarden:
  • De soort en hoeveelheid koolhydraten die u eet of drinkt
  • Het soort en de hoeveelheid beweging dat u heeft op een dag
  • De hoeveelheid stress die u ondergaat
  • Of u een goede of slechte nachtrust heeft gehad
  • De temperatuur en weersomstandigheden
  • Hormonen, zoals stress-, menstruatie- of zwangerschapshormonen
  • Ziekte, koorts of ontstekingen
  • Uw dagindeling; is het een werkdag of een vrije dag?