Omdenken in de wijkverpleegkunde
Van zorgen voor naar zorgen dat...
De wijkverpleegkundige is actueler dan ooit. Dit komt mede door de cruciale rol in het bevorderen van de kwaliteit van leven thuis voor mensen met een chronische ziekte, beperking of medische behandeling. Dit omvat ook het stimuleren van zelfredzaam- heid. Hoe kijkt de beroepsgroep hier tegenaan? Wij vroegen het aan Annemarie en Bianca, twee wijkverpleegkundigen in hart en nieren.
Imago
Bianca knikt bevestigend. ‘Het imago zit ons in de weg. Het beeld heerst nog steeds dat wijkverpleging niet meer is dan een steunkousje aantrekken en billen wassen. Als iemand zich zorgen maakt over bejaarde ouders die bang zijn om te vallen wordt de wijkverpleegkundige gebeld. Het beeld dat veel mensen en zelfs verpleegkundestudenten van de wijkverpleegkunde schetsen, is dat van simpele werkzaamheden zoals wassen en oogdruppelen. Er zijn zelfs mensen die het buitenzetten van de container of het zetten van krulspelden als thuiszorg zien. De werkelijkheid is hoogcomplexe zorg: vroeger bleven mensen langer in het ziekenhuis, nu komen ze snel weer thuis.’
Bewustzijn
‘Ik snapte nooit zo goed waarom de huishoudelijke hulp ook thuiszorg genoemd werd’, merkt Annemarie op. ‘Tot een keer bij een cliënt de voordeurbel ging en ze zei: daar komt de thuiszorg. Wat raar dacht ik: ben er toch? Het was de hulp die kwam schoonmaken. Alles valt ook onder één noemer, ook in de media. Verpleegtechnische zorg voor een patiënt van A tot Z plannen, coördineren en uitvoeren: dáár zijn wij als hbo-verpleegkundigen voor opgeleid. Eigenlijk zouden we wijkverpleging moeten heten in plaats van thuiszorg.’Breed kijken
Ze zijn zich terdege bewust van de spilfunctie die de wijkverpleegkundige vervult als professional in de ontwikkeling naar de Juiste Zorg Op De Juiste Plek. ‘Bij de nieuwbouw van ziekenhuis Tergooi is er al op ingespeeld dat de komende jaren 20% van de zorg naar de thuissituatie verplaatst wordt’, weet Annemarie. ‘Een deel van deze taken gaat over naar de wijkverpleegkundige. Aan ons de uitdaging om samen met de cliënt te kijken hoe hij of zij zo lang mogelijk zelfstandig kan wonen en hoe wij daarbij kunnen ondersteunen. Hiervoor is het belangrijk dat je breed kunt kijken, dus ook naar bijvoorbeeld het netwerk en de dagbesteding.’
Zelfredzaamheidskoffer
De centrale vraag is hoe de thuiszorg optimaal kan bijdragen aan de mogelijkheden die mensen hebben om het zelf en samen te redden op een manier die past bij wat ze kunnen en willen. ‘Hiertoe is veel winst te behalen met slimme inzet van hulpmiddelen’, stelt Bianca. Ze vertelt enthousiast dat sommige zorgorganisaties de wijkverpleegkundigen uitrusten met een zelfredzaamheidskoffer. ‘Deze bevat hulpmiddelen voor algemene dagelijkse verrichtingen zoals het aantrekken van steunkousen, het druppelen van ogen en voor het wassen.’ Tablets en beeldbellen ‘Als de verpleegkundige relevante hulpmiddelen meebrengt, kan de cliënt de meerwaarde hiervan meteen ervaren. Ze kan ook zorgen dat de cliënt direct goed geïnstrueerd aan de slag kan. Als het bevalt, kan de cliënt het hulpmiddel zelf aanschaffen. Het Doff ‘N Donner aantrekhulpmiddel voor steunkousen is een gek ding, maar het werkt wel. Ook kun je in overleg andere hulpmiddelen inzetten zoals een verzwaringsdeken, automatische medicijndispenser of horloge met gps voor mensen met dementie.’
Tablets en beeldbellen
'Als de verpleegkundige relevante hulpmiddelen meebrengt, kan de cliënt de meerwaarde hiervan meteen ervaren. Ze kan ook zorgen dat de cliënt direct goed geïnstrueerd aan de slag kan. Als het bevalt, kan de cliënt het hulpmiddel zelf aanschaffen. Het Doff ‘N Donner aantrekhulpmiddel voor steunkousen is een gek ding, maar het werkt wel. Ook kun je in overleg andere hulpmiddelen inzetten zoals een verzwaringsdeken, automatische medicijndispenser of horloge met gps voor mensen met dementie.’Omdenken
‘Het is een andere insteek, een kwestie van omdenken’, vindt ze. ‘In plaats van de cliënt dingen uit handen te nemen, bekijk je wat hij zelf kan doen. De uitleg is enorm belangrijk: het moet simpel zijn voor cliënten. Voor ons moet het toegankelijk zijn, net zoals de sets voor wassen zonder water en de wondzorgtassen van Mediq.’ Ze vertelt enthousiast over de Compaan, een eenvoudige tablet die speciaal voor senioren ontwikkeld is. ‘Hiermee kunnen zij bijvoorbeeld videobellen met verwanten en zorgmedewerkers, video’s en herinneringen ontvangen en spellen doen zoals Bingo.’Vier keer per dag oogdruppelen
Zeker oudere cliënten hebben vaak moeite met verandering en de neiging om hun hakken in het zand te zetten. ‘Veel mensen denken nog vanuit recht op zorg en niet vanuit: wat kan ik zelf en wat kan mijn netwerk hierin betekenen? Het is zonde om mensen voor vier keer per dag oogdruppelen in zorg te nemen. Dat betekent dat iemand met terminale zorg bijvoorbeeld niet thuis kan sterven. Dus of het nu linksom of rechtsom gaat, ik leer cliënten om dit zelf te doen. Dan kan het zijn dat je een boze dochter aan de lijn krijgt die zegt dat haar moeder dit niet kan of het zo gezellig vindt dat de meisjes vier keer per dag langskomen.’
Preventie
‘Naast zorgverlening geven we als gezondheidsbevorderaar ook vorm aan preventie’, benadrukt Annemarie. ‘We kijken wat mensen nodig hebben om zo lang mogelijk zelfstandig thuis te wonen. Door hierin op te trekken met andere disciplines zoals de ergotherapeut, fysiotherapeut en diëtist ontstaat een totaalbeeld. Zij kunnen bijvoorbeeld voorzien in een valpreventie- en een bewegingsprogramma en maaltijdverzorging. Ook is het noodzakelijk om goed zicht op de sociale omgeving van de client te krijgen. Een keukentafelgesprek met de gemeente of het wijkteam kan hier veel aan bijdragen. Met de combinatie van multidisciplinaire afstemming, het sociale netwerk en inzet van een toolbox met hulpmiddelen kan een mooie start richting zelfstandigheid gemaakt worden. Zo zorg je dat de zorgvraag snel kan worden afgebouwd en voorkom je dat mensen onnodig in de chronische zorg blijven.’
‘Als de cliënt weer zelfstandig is, moet dit ook onderhouden worden. Hiervoor kun je in je route een wekelijks of maandelijks bezoek inbouwen. Puur om te kijken hoe het met de cliënt gaat. Ook dit moet inslijten in de manier van denken. Als je cliënten tijdens een regulier bezoek vraagt hoe het met ze is, is het antwoord meestal: goed. Ze weten dat je snel weer verder moet met je route. Als je een uur inplant voor een gesprek en er rustig de tijd voor kunt nemen, krijg je de echte verhalen.’
Domino-effect
‘Je hebt hart voor de cliënt en wilt zoveel mogelijk zorg op maat bieden, maar het moet ook werkbaar blijven. Dat zorgt altijd voor dilemma’s. Het is een domino-effect dat begint bij de arts. Het kan bijvoorbeeld heel erg misgaan op de revalidatieafdeling. Hier wordt iemand helemaal verzorgd en vervolgens naar huis gestuurd. Daarna moet hij of zij het allemaal zelf doen. Juist in dit traject begint het zorgen dat iemand weer zelfstandig wordt. Je moet verder kijken dan aan tafel eten en kunnen traplopen, want je wilt ook dat iemand zijn huisje op orde houdt en zichzelf goed verzorgt. Als mensen moeilijk lopen, moeten ze toch weer zelf de deur gaan openen als iemand aanbelt. Want bewegen is goed voor de zelfredzaamheid en de gezondheid.’
Financiering
Een knelpunt dat volgens Annemarie en Bianca niet onvermeld mag blijven, is de financiering. Bianca: ‘Ieder soort zorg heeft eigen wetgeving en een eigen loket. Dit maakt het voor veel mensen lastig om de juiste zorg en ondersteuning aan te vragen. Binnen de Zorgverzekeringswet is de wijkverpleegkundige verantwoordelijk voor de indicatiestelling en het bepalen van de daaruit voortvloeiende noodzakelijke zorg. In samenspraak met de cliënt bepalen wij het zorgplan. Langdurige zware, intensieve zorg wordt geregeld vanuit de WIz.’ ‘Persoonlijke verzorging zoals wassen, aankleden, steunkousen aantrekken en verpleegtechnische handelingen als wondverzorging, katheterzorg en infuuszorg met een medische indicatie vallen onder de Zorgverzekeringswet. Huishoudelijke zorg en begeleiding met bijvoorbeeld boodschappen doen, ziekenhuisbezoek en financiën valt onder de Wet maatschappelijke ondersteuning. De eigen bijdrage hiervoor is 19,- per maand, wat mensen niet stimuleert om dingen weer zelf te gaan doen.’
Samen
‘Een grote groep mensen heeft chronisch zorg nodig vanwege bijvoorbeeld dementie, COPD, diabetes mellitus en reuma’, concludeert Annemarie. ‘Dit zijn vaak redelijk stabiele situaties, waar niet altijd een verpleegkundige naartoe hoeft. Ik zou pleiten voor twee wijkteams. Een team voor de acute, korte zorg met als doel mensen weer zo snel mogelijk zelfstandig maken. Als dat niet lukt binnen twee maanden, gaat de zorg over naar het team voor langdurige zorg. Bij ons gaat het om doelmatigheid naar zelfstandigheid. Dit is de enige manier om de juiste medische zorg te kunnen verlenen aan cliënten voor wie dat noodzakelijk is. Het vraagt om verandering in verwachtingen en verantwoordelijkheden: allemaal zaken die we alleen samen kunnen verwezenlijken.’